Planten beschermen zich op diverse wijzen tegen planteneters. Dit kan met scherpe uitsteeksels, kleine, vlak op de grond uitgespreide bladeren zodat ze moeilijk te grijpen zijn, maar kan ook met gifstoffen. Zulke planten die slecht smaken of gifstoffen bevatten worden door planteneters gemeden.
(Vb jacobskruiskruid). De rups van de sint-jacobsvlinder (zebrarups) heeft van deze gifstoffen geen hinder maar slaat ze wel op in het lichaam. Deze gifstoffen beschermen rups en vlinder tegen predatie door vogels. Ze signaleren hun giftigheid met opvallende signaalkleuren.
foto's: jacobskruiskruid - zebrarups - sint-jacobsvlinder
Zonlicht is de gratis energiebron voor de natuur. Groene planten vangen met hun bladeren zonlicht op en zetten het met behulp van de koolstofdioxide in de lucht om in glucose ( suikers). Dank zij dit zonlicht kunnen planten groeien. Planten vormen op hun beurt voedsel voor dieren. Zo zijn dieren, indirect, afhankelijk van de energie van de zon.
De groene planten proberen zoveel mogelijk licht op te vangen: ze draaien hun bladeren naar de zon, bloeien heel vroeg in het voorjaar voor er bladeren aan de bomen komen (vb. hyacinten en sneuwklokjes) of klimmen met soepele stengels naar omhoog.
foto's: bitterzoet, hop